Zwei Jahre nach dem großen Bienensterben in Süddeutschland, bei dem etwa 20000 Bienenvölker durch das Insektizid Clothianidin getötet oder schwer geschädigt wurden, werden in der Landwirtschaft beim Raps-, Mais-, Gemüse- und Getreideanbau weiter bienengefährdende Pestizide eingesetzt.
Présentation et traduction Christian Pacteau.
Steve ELLIS est un des apiculteurs choisi par ses pairs, fin observateur et fin politique. Son propos, non dépourvu d'humour, peut se résumer en ceci.
The UK Government and retailers are under pressure to impose a ban on sale of pesticides linked to bee population decline following new research which groups call a 'growing body of evidence'. Environmental groups including the Soil Association and Buglife are making a renewed call for an end to the use of neonicotinoid pesticides, which are among the most commonly used pesticides worldwide, after a new study linked them to a decline in bee populations.
Die Umweltschutzorganisation GLOBAL 2000 warnt, dass die in Österreich ergriffenen Schutzmaßnahmen gegen das Bienensterben wirkungslos bleiben könnten. Denn eine aktuelle niederländische Studie zeigt auf, dass auch eine verbesserte Ausbringungsmethode der Pestizide Clothianidin und Imidacloprid die Gefahr von massiven Bienenverlusten nicht bannen kann.
Vragen van het lid Jansen (SP) aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over imidacloprid en thiacloprid in relatie tot bijensterfte (Ingezonden 2 augustus 2010).
1. Onderschrijft u de conclusie van toxicoloog Henk Tennekes 1) dat in de praktijk imidacloprid en thiacloprid veel langzamer worden afgebroken dan gedacht, dat zij daardoor langer schadelijk blijven voor bijen en bovendien al schadelijk blijken bij een minimale hoeveelheid? Zo neen, waarom niet? Zo ja, welke vervolgacties, zoals een herziening van het toelatingsbeleid voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stoffen bevatten, acht u noodzakelijk?
Vragen van het lid Thieme (PvdD) aan de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over nieuwe feiten omtrent de schadelijkheid van bestrijdingsmiddelen voor bijen. (Ingezonden 30 juli 2010). Thieme vraagt o.a. "Hoe beoordeelt u de conclusie dat langer durende blootstelling de giftige werking van neonicotinoide insecticiden versterkt en dat dit verklaart waarom ook zeer geringe hoeveelheden van deze stoffen in het milieu in de loop van de tijd een dodelijke werking op ongewervelde dieren, met daaronder ook bijen, hebben? Welke consequenties verbindt u daaraan?"
De duinpieper Anthus campestris behoort tot de inmiddels 433 soorten waarvan bekend is dat ze uit Nederland verdwenen zijn sinds circa 1950. De oostelijke witsnuitlibel Leucorrhinia albifrons, de grote vuurvlinder Lycaena dispar, de kemphaan Philomachus pugnax, de tengere distel Carduus tenuiflorus en de kuifleeuwerik Galerida cristata horen bij de 558 soorten die momenteel ernstig bedreigd zijn. De verschillen tussen de soortgroepen zijn echter groot. Van de dagvlinders, reptielen en steenvliegen is meer dan driekwart van de soorten in gevaar.
Het gaat niet goed met de weidevogels. In tien jaar tijd nam het aantal grutto’s Limosa limosa in ons land met 50 procent af. Schokkende cijfers, zeker als je je bedenkt dat bijna alle grutto’s in Europa ons landje uitzoeken om te broeden. Met de kemphaan Philomachus pugnax gaat het nóg slechter, daarvan leven nog maar 100 paartjes in ons land. 19 van de 30 weidevogelsoorten staan op de Rode Lijst van Nederlandse broedvogels.
In der Geschichte der Naturwissenschaften gibt es eine Reihe von Beispielen, bei denen einige wenige Arbeiten oder auch nur eine einzige Publikation eine Schlüsselrolle bei der Eröffnung neuer Forschungsfelder oder bei der Lösung eines Problems gespielt haben. Die Druckrey-Küpfmüller-Schriften aus den Jahren 1948-1949 sind ein solches Beispiel, das für die Entwicklung der Krebsforschung und der Pharmakologie bzw. Toxikologie bedeutsam wurde. Die Entstehungsgeschichte dieser Schriften wurde kürzlich aus den verfügbaren Quellen rekonstruiert. Nach dem 2. Weltkrieg waren Hermann Druckrey und Karl Küpfmüller für viele Monate in Lagern der alliierten Militärregierung in Deutschland interniert. Im Lager Hammelburg kam es zu einer intensiven Zusammenarbeit beider Gelehrten, aus der zwei bedeutende Publikationen hervorgegangen sind. In persönlichen Briefen an Adolf Butenandt, die seit kurzem zugänglich sind, hat Druckrey damals über die Zusammenarbeit berichtet. Zitat: "In der Schaffung eines erbähnlichen Tiermaterials für alle Institute [sehe ich] eine notwendige Voraussetzung für eine wissenschaftliche Pharmakologie, denn ohne dies sind vergleichbare quantitative Versuche nicht möglich und ohne quantitative Versuche kein Fortschritt. Sie ist nötig, wie der Gebrauch der gleichen Sprache und der gleichen Maße für die Verständigung, möglichst sogar international."
Quellen: siehe Beilagen
Neonicotinoide (darunter auch das Clothianidin) sind in verschiedenen Pflanzenschutzmitteln enthalten. Es sind sehr starke Nervengifte. Sie werden weltweit insbesondere von den Imkern heftig kritisiert. Neonicotinoide sind für Bienen giftig und gelten als eine der möglichen Ursachen für das nicht erklärbare Bienensterben.