De weidevogels worden weggevaagd uit het met imidacloprid verontreinigde Laag Holland
Het Nationaal Landschap Laag Holland is een uniek- oer Hollands landschap tussen de steden Alkmaar, Hoorn, Amsterdam en Zaanstad. Weidevogels vormen een belangrijke landschappelijke kwaliteit van het Nationaal Landschap Laag Holland. In verschillende gebieden komen uitzonderlijk hoge dichtheden van grutto, tureluur, scholekster en kievit voor, terwijl in andere gebieden vooral kievit en scholekster opvallen. Voorts zijn er gebieden die gekenmerkt worden door het voorkomen van exclusieve soorten als kemphaan, watersnip, gele kwikstaart en zomertaling. Laag Holland behoort ook tot gebieden met oppervlaktewatervervuiling met het voor insecten uitzonderlijk giftige imidacloprid. Insecten zijn van levensbelang voor de voortplanting van weidevogels. Sinds de invoering van imidacloprid in de jaren negentig is er sprake van schrikbarende achteruitgang van weidevogels in Laag Holland. De afname van de weidevogelstand is landelijk gezien het sterkst in het westen waar de milieuvervuiling met imidacloprid bijzonder extreem is. Na 2000 is de afname in de laagveengebieden in Noord- en Zuid-Holland 13 procent per jaar. Een teruggang in dit tempo betekent een halvering in een tijdsbestek van 5 jaar. Het is vrijwel onmogelijk causaliteit met insectenkiller imidacloprid aan te tonen, maar de navolgende cijfers over de achteruitgang van weidevogels in Laag Holland zijn reden genoeg het voorzorgsbeginsel toe te passen en de toelating van dit milieuverontreinigende bestrijdingsmiddel onmiddellijk in te trekken.