Het gaat steeds slechter met de meeste Overijsselse weidevogels
Van de aantallen uit 1994 (het eerste jaar van het meetnet) is nog maar 42% over. Eerst waren het vooral de Grutto en de Veldleeuwerik die in aantallen afnamen. Sinds 2000 gaat het echter ook slecht met de Scholekster en de Kievit. De neerwaartse trend voor de Veldleeuwerik zet door. In verschillende delen van Salland en Twente zijn ze nu vrijwel verdwenen. Maar ook in sommige polders in West-Overijssel is sprake zijn van een achteruitgang. De informatie over de ontwikkelingen van de weidevogels is gebaseerd op het door de Provincie Overijssel in 1994 gestarte weidevogelmeetnet. Dit meetnet is bedoeld om de ontwikkelingen van de aantallen broedende weidevogels te volgen. Om het jaar wordt van 45 locaties (locaties zijn tussen de 50-100 ha groot) de weidevogelstand vastgesteld. Metingen werden in 2013 uitgevoerd door het bureau EcoGroen Advies uit Zwolle.