General

WWF-Report: Intensiv-Landwirtschaft verschuldet dramatischen Artenschwund in Deutschland / Rebhuhn, Singvögel und Schmetterlinge sind die großen Verlierer

Die Intensivierung der Landwirtschaft in Deutschland und Europa ist eine Hauptursache für den teils dramatischen Verlust von Tier- und Pflanzenarten. Diese Intensivierung beinhaltet unter anderem hohe Stickstofffrachten und Pestizideinsätze, die sich für viele Organismen negativ auswirken. Davor warnt die Naturschutzorganisation WWF anlässlich des Starts der „Internationalen Grünen Woche“ in Berlin auf Basis einer auszugsweisen Vorabveröffentlichung einer Grundlagenstudie für ein Pilotprojekt zu Artenvielfalt und Landwirtschaft. So gelten beispielsweise die Vögel der Agrarlandschaft als überdurchschnittlich stark gefährdet: 45 Prozent befinden sich auf der Roten Liste. Selbst die Populationen vermeintlich häufiger Arten wie Star und Feldsperling sind um rund die Hälfte zurückgegangen. Zusätzlich hat die Universität Göttingen herausgefunden, dass die große Mehrzahl der ehemals für Grün- und Ackerland typischen Pflanzen in den vergangenen Jahrzehnten um bis zu 95 Prozent abgenommen hat.

Nederlandse banken weigeren de verkoop van kleding gemaakt van biologisch katoen te faciliteren

Infact verkoopt kleding gemaakt van biologisch katoen. Deze zomer kreeg het bedrijf een lening van een Duitse bank. Sindsdien groeit het als kool. Toen hij zijn businessplan verzegeld en wel kreeg teruggestuurd door Trio­dosbank, ‘deed dat wel een beetje pijn’. Roland Wiechert (31) produceert met zijn bedrijf Infact kleding van louter biologische katoen, betaalt zijn personeel in India meer dan het minimumloon en is van plan om daar een school op te zetten. Hoe duurzaam kun je zijn? Maar de afwijzing sloot naadloos aan bij de queeste van Wiechert naar financiering, die bijna stukliep op de banken. ‘Ik had anderhalve ton nodig om de groei van mijn bedrijf te financieren. Voor een bank is dat peanuts. Ik heb alle Nederlandse banken gehad. Driekwart jaar ben ik ermee bezig geweest. Door ABN werd ik niet teruggebeld, Rabobank vond het bedrag te laag. De ene bank zei dat ik het bedrijf onmogelijk in mijn eentje kon runnen, de andere bank wilde niet investeren in personeel. Zo was er elke keer wel iets.'

Heftiger Artenschwund in Europas Gewässern

Die EU-Kommission meldet "alarmierende Verlustzahlen" für Tier- und Pflanzenarten in Europa. Besonders schlecht steht es demnach um die Süßwasserfische sowie Schnecken, Muscheln und andere Weichtiere. Die Zahlen zeigten, "dass die europäischen Süßwasserökosysteme in der Tat ernsthaft bedroht sind und dringend Erhaltungsmaßnahmen erforderlich sind", warnte Annabelle Cuttelod von der Weltnaturschutzunion (IUCN), die jährlich die Rote Liste der gefährdeten Arten veröffentlicht. Für die europäische Ausgabe wurde den Angaben zufolge mit rund 6000 Arten ein "erheblicher Teil" der in Europa heimischen Fauna und Flora untersucht.In der Roten Liste sind 37 Prozent der Süßwasserfische als "gefährdet", "stark gefährdet" oder "vom Aussterben bedroht" eingestuft. Bei den in Flüssen und Seen lebenden Weichtieren sind es sogar 44 Prozent. Besonders stark betroffen ist beispielsweise der Stör: Sieben der acht europäischen Arten sind demnach "stark gefährdet". Des Weiteren gelten 23 Prozent der Amphibien und 19 Prozent der Reptilien als gefährdet. Jede fünfte an Land lebende Weichtierart ist den Daten zufolge bedroht, ebenso 15 Prozent der Säugetierarten und 13 Prozent der Vögel. Rund 26 Prozent der Gefäßpflanzen - das sind alle Pflanzen außer den Moosen - werden auf der aktuellen Roten Liste ebenfalls als bedroht eingestuft.

A multi-year field study to evaluate the environmental fate and agronomic effects of insecticide mixtures

A mixture of insecticides used in corn production was monitored over a three-year period in a field study to determine how long each persists in the environment, where each insecticide travels within the corn field, and the efficacy of using soil-applied insecticides with genetically modified corn. The genetically modified corn contained the insecticidal Cry1Ab and Cry3Bb1 proteins (Bt corn) and the Cry1Ab protein was found to persist only during the corn growing season in soil, runoffwater, and runoff sediment with highest concentrations measured during pollination. Very low concentrations of Cry1Ab proteins were measured in soil collected in the non-Bt corn field, and no Cry1Ab proteins were detected in shallow groundwater or soil pore water. Clothianidin, a neonicotinoid insecticide used as a seed coating, was detected in all matrices and remained persistent throughout the year in soil pore water. Tefluthrin, a pyrethroid insecticide applied at planting to control corn rootworm larvae (Diabrotica spp., Coleoptera: Chrysomelidae) populations, was consistently detected in soil, runoff water, and runoff sediment during the corn growing season, but was not detected in groundwater or soil pore water. Tefluthrin did not have an effect on root damage from corn rootworm larvae feeding to Bt corn, but did prevent damage to non-Bt corn. A slight reduction in grain yield was observed in the non-Bt, no tefluthrin treatment when compared to all other treatments, but no significant difference in grain yield was observed among Bt corn treatments regardless of soil insecticide application. In the current study, the use of tefluthrin on Bt corn did not significantly affect crop damage or yield, and tefluthrin may travel off-site in runoff water and sediment.

Het einde van de monarchvlinder is nabij

Het gaat niet goed met de monarchvlinder. De afgelopen 20 jaar is het aantal monarchvlinders drastisch gedaald. Door een daling in de populatie van maar liefst 90% wordt het voortbestaan van de soort nu ernstig bedreigd. Volgens wetenschappers ligt de oorzaak hiervan in de landbouw. De Danaus Plexippus, ook wel de monarchvlinder genoemd, is een dagactieve vlinder en behoort tot een van de bekendste vlindersoorten die voorkomen in Noord-Amerika. De soort staat bekend om haar trekgedrag. Jaarlijks trekken de vlinders van Mexico naar het noorden van Amerika om hier voor nakomelingen te zorgen. Deze nakomelingen vliegen vervolgens in de herfst weer terug naar het warme zuiden. Tijdens de trek zijn de vlinders soms met miljoenen tegelijk te aanschouwen op een rustplek. Dit is een van de meest indrukwekkende migraties ter wereld. Door de enorme toename van genetisch gemodificeerde gewassen, zoals soja en mais, worden bestrijdingsmiddelen gebruikt waar deze gewassen resistent voor zijn, maar die de natuurlijke planten doden waar de monarchvlinder van leeft. Dit is niet alleen desastreus voor de vlindersoort maar ook voor het gehele ecosysteem waar dit insect deel van uitmaakt. Ook voor de mens heeft dit nadelige gevolgen omdat de monarchvlinder net als de bij een belangrijke rol speelt bij de bestuiving van gewassen.

Genetically engineered crops, glyphosate and the deterioration of health in the United States of America

A huge increase in the incidence and prevalence of chronic diseases has been reported in the United States (US) over the last 20 years. Similar increases have been seen globally. In the present study, US government databases were searched for GE crop data, glyphosate application data and disease epidemiological data. Correlation analyses were then performed on a total of 22 diseases in these time-series data sets. The Pearson correlation coefficients are highly significant (< 10-5) between glyphosate applications and hypertension (R = 0.923), stroke (R = 0.925), diabetes prevalence (R = 0.971), diabetes incidence (R = 0.935), obesity (R = 0.962), lipoprotein metabolism disorder (R = 0.973), Alzheimer’s (R = 0.917), senile dementia (R = 0.994), Parkinson's (R = 0.875), multiple sclerosis (R = 0.828), autism (R = 0.989), inflammatory bowel disease (R = 0.938), intestinal infections (R = 0.974), end stage renal disease (R = 0.975), acute kidney failure (R = 0.978), cancers of the thyroid (R = 0.988), liver (R = 0.960), bladder (R = 0.981), pancreas (R = 0.918), kidney (R = 0.973) and myeloid leukaemia (R = 0.878).

Insect population is down by 45% in just 35 years

A study published in the journal Science, reveals that the number of slugs, spiders, worms and other invertebrates has fallen by 45 per cent over the past 35 years. Experts fear this will harm the planet as creepy crawlies play an important role in pollinating crops, pest control, decomposition and ensuring soil remains packed with nutrients, as well as water filtration. In the UK the number of beetles, butterflies, bees and wasps has fallen by up to 60 per cent. Experts warn that fewer insects would have a huge effect on crop production as up to 75 percent are pollinated by insects, amounting to around 10 per cent of the world's food supply. Scientists fear a drop in the insect population could also spark a decline in birds, which prey on pests that damage crops, and amphibians, which help keep water supplies free from algae.

Het behandelen van zaden met neonicotinoïden geeft geen grotere oogsten

Dat zegt het Amerikaans milieuagentschap EPA op grond van onderzoek. Neonicotinoïden zijn pesticiden die zich vanuit het zaad verspreiden over heel de plant. De wetenschappers deden onderzoek naar met neonicotinoïden behandelde sojabonen. Volgens het Environmental Protection Agency geven behandelde bonen geen of nauwelijks hogere opbrengsten dan onbehandelde sojabonen. Volgens het EPA kan een neonicotinoïden-behandeling wel bescherming bieden tegen "zeldzame en onvoorspelbare plagen, maar dit potentiële voordeel is waarschijnlijk niet groot in de Verenigde Staten".

Effects of herbicide-treated host plants on the development of Mamestra brassicae L. caterpillars

Herbicides are widely used pesticides that affect plants by changing their chemistry. In doing so, herbicides might also influence the quality of plants as food for herbivores. To study the effects of herbicides on host plant quality, 3 plant species (Plantago lanceolata L., P. major L., and Ranunculus acris L.) were treated with sublethal rates of either a sulfonylurea (Atlantis WG, Bayer CropScience) or a glyphosate (Roundup LB Plus, Monsanto) herbicide, and the development of caterpillars of the cabbage moth Mamestra brassicae L. that fed on these plants was observed.
Of the 6 tested plant–herbicide combinations, 1 combination (R. acris + sulfonylurea herbicide) resulted in significantly lower caterpillar weight, increased time to pupation, and increased overall development time compared with larvae that were fed unsprayed plants. These results might be caused by a lower nutritional value of these host plants or increased concentrations of secondary metabolites that are involved in plant defense. The results of the present and other studies suggest potential risks to herbivores that feed on host plants treated with sublethal rates of herbicides. However, as the effects of herbicides on host plant quality appear to be species-specific and as there are numerous plant–herbicide–herbivore relationships in agricultural landscapes, a general reduction in herbicide contamination of nontarget habitats (e.g., field margins) might mitigate the negative effects of herbicides on host plant quality.

De Nederlandse landbouw blijft wereldkampioen in de export van met pesticiden verontreinigde voeding

Het biologisch landbouwareaal in Europa is tussen 2003 en 2010 met 55% toegenomen. Dit blijkt uit een publicatie van de EU op basis van Eurostat-data. Ook is het aantal biologische landbouwbedrijven toegenomen met 50%. In Nederland blijft de groei van biologische landbouwgrond echter achter, daar ligt het aandeel op 2,7%. Tussen 2002 en 2011 groeide het biologisch areaal in de hele EU van 5,7 naar 9,6 miljoen hectare. In de 'oude' lidstaten groeide het biologisch areaal met 5% per jaar. De 'nieuwe' lidstaten die sinds 2004 deel uit maken van de EU zijn met een inhaalslag bezig; zij zagen het biologisch areaal jaarlijks met 13% toenemen. Van het totale landbouwareaal is nu 5,4% biologisch; op deze landbouwgrond wordt geen gebruik gemaakt van kunstmest en chemisch-synthetische bestrijdingsmiddelen.