Beleid en debat

Widespread declines of larger moths affects birds, bats and mammals, which depend on them

In the Netherlands, 766 species of larger moths are considered native. About one-third of the species are decreasing and all species together show a significant, declining, trend in abundance. It may well be that the severe decline in some bird species in Northwestern Europe, especially of those that inhabit agricultural landscapes like Corn Bunting (Miliaria calandra) and Eurasian Skylark (Alauda arvensis), is related to the decline in moth diversity. It can be hypothesized, that the most important trigger is the period in which these birds feed their young.

Commissie Europees Parlement wil verbod op neonicotinoiden - Ctgb handhaaft alle toelatingen

Imidacloprid en andere neonicotinoïden moeten in heel Europa in de ban. Dat bepleit de commissie milieu, volksgezondheid en voedselveiligheid van het Europees Parlement. De ban geldt als voorzorgsmaatregel tot onderzoek duidelijk maakt dat het gif veilig is voor bijenvolken, milieu en volksgezondheid (zie bijlage). Het College voor de toelating gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) heeft enkele dagen geleden de herbeoordeling van de neonicotinoide insecticiden afgesloten en hierover naar staatssecretaris Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) gerapporteerd (zie bijlage). Er zijn 55 middelen opnieuw beoordeeld. Voor 13 middelen zijn de gebruiksmogelijkheden gewijzigd. Geen enkele toelating werd ingetrokken.

European Parliament Committee calls on the Commission to impose an EU-wide ban on the use of neonicotinoid pesticides

The European Parliament Committee on the Environment, Public Health and Food Safety calls on the Commission to comply with the precautionary principle and impose an EU-wide ban on the use of neonicotinoid pesticides until independent scientific studies prove no chronic toxic exposure to honeybees, environment and public health, originating from their use.

Deventer bijenlint dwars door de stad

Na Zutphen gaat nu ook Transition Town Deventer op pad om een Bijenlint te creëren, dwars door de stad. Van noord naar zuid, van Borgele tot Colmschate, worden zakjes met zaad uitgedeeld van 12 verschillende bloemenplanten waar bijen van houden (voor tuin, in de berm of in potten op het balkon). Het zaad is zo samengesteld dat er van de lente tot en met de herfst planten in bloei staan, zodat de bijen het hele jaar kunnen fourageren om daarna zonder veel problemen de winter door te komen.

Henk Tennekes: 'Het boerenland verandert voor onze ogen in een kerkhof van de biodiversiteit'

Het College voor de toelating gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) heeft de herbeoordeling van de neonicotinoide insecticiden uitgevoerd en hierover naar staatssecretaris Bleker van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) gerapporteerd (zie bijlage). Er zijn 55 middelen opnieuw beoordeeld. Voor 13 middelen zijn de gebruiksmogelijkheden gewijzigd. Voor een relatie tussen de achteruitgang van de bijenstand en het nu toegestane gebruik van neonicotinoïden ontbreken volgens het Ctgb wetenschappelijk onderbouwde aanwijzingen.

Seit 1990 zwei Drittel weniger Wiesen-Schmetterlinge

Unseren Schmetterlingen geht es immer schlechter. Untersuchungen in 15 europäischen Ländern ergaben bei typischen Bewohnern von Wiesen und Weiden in nur zwei Jahrzehnten einen Rückgang um 70 Prozent. Schmetterlinge gelten als sensible Indikatoren für den Zustand von Lebensräumen. „Der Verlust bei den Faltern steht für einen dramatischen und anhaltenden Verlust der gesamten Artenvielfalt im europäischen Grünland“, betont Dr. Martin Warren von Butterfly Conservation Europe.

Decreased Functional Diversity and Biological Pest Control in Conventional Compared to Organic Crop Fields

We assessed 30 triticale fields (15 organic vs. 15 conventional) and recorded vascular plants, pollinators, aphids and their predators. Further, five conventional fields which were treated with insecticides were compared with 10 non-treated conventional fields. Organic fields had five times higher plant species richness and about twenty times higher pollinator species richness compared to conventional fields. Abundance of pollinators was even more than one-hundred times higher on organic fields.

Dutch study confirms that insect numbers have plummeted over the last 30 years

Biologists at Wageningen University in the Netherlands enlisted the help of 250 drivers for a "splash teller" study. Each motorist had to wipe his or her car license plate clean then tot up the bug body count at the end of their drive. The scientific study was inspired by a similar project in the United Kingdom, carried out in 2004, and the results of the Dutch study were similar to those of the British study. In the UK-wide Big Bug Count held throughout June 2004, nearly 40,000 conservation-minded drivers counted the bugs splattered on their vehicle number plates. Using a cardboard counting-grid dubbed the "splatometer", they recorded an average of only one squashed insect every five miles, whereas in the summers of 30-odd years ago, car bonnets and windscreens would quickly become encrusted with tiny bodies. The Dutch study recorded an average of only one squashed insect every five kilometers.

Bezwaar Bijenstichting tegen toelating van Merit Turf op alle aspecten ongegrond verklaard

In het kader van de beantwoording van vragen n.a.v. schriftelijk overleg VC EL&I inzake gewasbeschermings-middelen en bijensterfte heeft op de vraag van de Partij voor de Dieren : "Tegen het gebruik van Merit Turf, een neonicotin middel dat veel gebruikt wordt op golfbanen en op deze wijze een groot gevaar vormt voor bijen, is een bezwaarprocedure ingesteld. Kan de staatssecretaris inzicht geven in de ontwikkelingen hieromtrent? " dr. Henk Bleker, Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, op 15 juli 2011 geantwoord: "De bezwaarprocedure van Merit Turf is afgerond. De bezwaarschriftencommissie van het Ctgb heeft het ingediende bezwaar op alle aspecten ongegrond verklaard (zie bijlage). Het College heeft inmiddels de beslissing op bezwaar kenbaar maken aan degene die bezwaar gemaakt heeft, t.w. de Bijenstichting." Navolgend het commentaar van de toxicoloog Henk Tennekes op deze besluitvorming.

RIVM: 'Gehaltes imidacloprid in oppervlaktewater leveren geen gevaar op voor de mens'

Het RIVM heeft de risico's voor de mens beoordeeld als gevolg van de aanwezigheid van imidacloprid in oppervlaktewater. Mensen kunnen met imidacloprid in contact komen via het drinken van water dat uit oppervlaktewater wordt gemaakt, via het eten van vis waarin de stof zich heeft opgehoopt en via zwemmen. Voor elk van deze drie blootstellingsroutes is een risicoschatting gemaakt. De gemeten concentraties Imidacloprid zijn echter volgens het RIVM in alle gevallen lager dan de gehaltes die een gevaar op kunnen leveren voor de mens. In een reactie schrijft toxicoloog Henk Tennekes dat belangwekkende recente studies (zie bijlage) niet zijn meegenomen in de analyse en dat op basis van nieuwe inzichten lange termijn effecten bij de mens niet meer kunnen worden uitgesloten.