Gerda Verburg (FAO): "Ik word erg moe van mensen die zeggen: er is maar één manier en dat is biologisch!”

De twee tegenpolen binnen de Verenigde Naties: Gerda Verburg, sinds kort permanent vertegenwoordiger van de FAO en Olivier de Schutter, Speciaal VN-Rapporteur voor het recht op voedsel. Het probleem is duidelijk: Van de 7 miljard aardbewoners zijn er een miljard obees, nog een miljard hebben chronisch honger. “Als we de gewoontes en technieken die in Nederland door de eeuwen heen zijn ontwikkeld, zouden toepassen in bijvoorbeeld Ethiopië, dan kan de productie met een factor 4 omhoog. Met een Nederlandse boer ter plekke zelfs met 6 tot 7 keer.” Aan het woord is Gerda Verburg. Zij was tot Wereldvoedseldag 2010 Nederlands minister van Landbouw in de laatste regering-Balkenende. Daarna werd ze weer gewoon CDA-kamerlid, tot vlak voor de zomervakantie, toen ze bij de FAO aan de slag ging. Als permanent vertegenwoordiger van de FAO, de VN-organisatie voor Voedsel en Landbouw, wachtte haar onder meer de taak het wereldvoedselprobleem op te lossen. Ze heeft al haar zinnen gezet op het commerciële voedselsysteem dat wordt gedomineerd door de agrobusiness. In een reactie schrijft de toxicoloog Henk Tennekes dat wanneer de zware verkiezingsnederlagen van het CDA een richtsnoer zijn, het Nederlandse electoraat heeft geoordeeld dat rentmeesters zoals Gerda Verburg niet langer gewenst zijn in Den Haag. Tijdens haar ministerschap heeft Gerda Verburg niets ondernomen om de bezoedeling van ons land met neonicotinoide pesticiden tegen te gaan. Ze heeft alles in het werk gesteld om deze gifstoffen op de markt te houden, terwijl de wetenschappelijke bewijzen over de schadelijkheid van deze stoffen zich stapelden, aldus Tennekes.

Toen ik haar een kritische vraag stelde over de marktmacht van het commerciële voedselsysteem en de afhankelijkheid van de boeren, vroeg ze zich hardop af waar ik mijn stellingen vandaan haalde: “Het lijkt wel of je bij de Partij voor de Dieren bent langs geweest!” Nee, dan Olivier De Schutter. Die Belgische hoogleraar heeft een wereldbaan. Per jaar vervult hij drie landenmissies. Hij fileert het beleid en de uitwerkingen daarvan op het gebied van voedsel en geeft aan het eind een persconferentie waar hij zijn bevindingen uit de doeken doet. Zo creëert hij een nationaal debat en zet hij regeringen onder druk. Richting Verburg heeft hij niet alleen een antwoord, maar ook een verklaring: "Met dit soort oplossingen plaats je je in een comfortabele positie. Het bedrijfsleven omarmt ze‚ want het betekent dat we hen moeten steunen in productieverhoging. Natuurlijk is het nodig de productie op te voeren‚ want de vraag naar voedsel stijgt. Maar het is echt niet genoeg. Je kunt de voedselproductie verdubbelen‚ maar de honger van de één miljard armen die het voedsel niet kunnen betalen‚ los je er niet mee op."

De Schutter bevindt zich duidelijk in een ander VN-kamp. Hij ziet meer heil in biologische landbouw en lokale voedselsystemen in plaats van investeringen in een technologische en dus dure voedselketen. Low input, high output. Een richting die onverwacht felle reacties uitlokt bij Verburg: “Dan wens ik hem veel succes. Het idee is charmant, maar biologische landbouw is natuurlijk veel extensiever. Ik ben er fel op tegen biologisch te promoten als de enige manier van duurzaamheid. Ik word erg moe van mensen die zeggen: er is maar één manier en dat is biologisch!”

Bron: De Wereld van Morgen, 4 november 2011
http://www.dewereldmorgen.be/blogs/marc-van-der-sterren/2011/11/04/hong…

Henk Tennekes

zo, 10/02/2013 - 12:36

Tijdens haar ministerschap heeft Gerda Verburg niets ondernomen om de bezoedeling van ons land met neonicotinoide pesticiden tegen te gaan. Ze heeft alles in het werk gesteld om deze gifstoffen op de markt te houden, terwijl de wetenschappelijke bewijzen over de schadelijkheid van deze stoffen zich stapelden. Ze dacht waarschijnlijk daarmee de belangen van delen van haar achterban (boeren en tuinders) te dienen. Feit is echter dat het CDA in een klein aantal jaren is gekelderd van 41 naar 12 zetels in de Tweede Kamer. Goed rentmeesterschap stond altijd hoog aangeschreven in het CDA. Als deze verkiezingsnederlagen een richtsnoer zijn, heeft het Nederlandse electoraat geoordeeld dat rentmeesters zoals Gerda Verburg niet langer gewenst zijn in Den Haag.