Vlinders

Fachbuch »Das Ende der Artenvielfalt – Neuartige Pestizide töten Insekten und Vögel« von Henk Tennekes - die Bestätigung seiner Thesen kommt aus Nordrhein-Westfalen

Der NABU warnt vor einem neuartigen Insektensterben mit bislang unbekannten Folgen in Deutschland. Allein in Nordrhein-Westfalen sei in den vergangenen 15 Jahren die Biomasse der Fluginsekten um bis zu 80 Prozent zurückgegangen (siehe beiliegende Veröffentlichung). Ähnlich alarmierende Entwicklungen befürchten die Naturschützer in weiteren Regionen Deutschlands und fordern, die Ursachen und das Ausmaß des Insektenschwunds bundesweit schnell aufzuklären. „Unsere Beobachtungen in Nordrhein-Westfalen sind beängstigend. Wenn uns die Fluginsekten fehlen, gerät die gesamte Nahrungskette in Gefahr: Blumen und Bäume werden nicht mehr bestäubt und Mauerseglern und Schwalben fehlt die Nahrungsgrundlage“, warnte Josef Tumbrinck, Landesvorsitzender des NABU Nordrhein-Westfalen. Er stellte am heutigen Mittwoch im Umweltausschuss des Bundestages die Untersuchungsergebnisse des Entomologischen Vereins Krefeld vor, mit dem der NABU zusammenarbeitet. Ehrenamtliche hatten zwischen 1989 und 2014 an insgesamt 88 Standorten in Nordrhein-Westfalen fliegende Insekten gesammelt, ihre Arten bestimmt und sie gewogen. „Während wir 1995 noch 1,6 Kilogramm aus den Untersuchungsfallen sammelten, sind wir heute froh, wenn es 300 Gramm sind“, so Tumbrinck. Der Rückgang von bis zu 80 Prozent beträfe unter anderem Schmetterlinge, Bienen und Schwebfliegen.

Hoeveel natuur moet op het Nederlandse platteland nog worden ingeleverd voor een verbod op de neonicotinoÏden?

Met de natuur in Nederland gaat het vooral op het platteland dramatisch slecht. Dat staat in het Living Planet Report – Natuur in Nederland van het Wereld Natuur Fonds (WNF). Op het platteland zijn dierpopulaties sinds 1990 met 40 procent gedaald. Dat is vooral toe te schrijven aan de grootschalige en intensieve landbouw. Zware bemesting en pesticidengebruik, het voortdurend maaien van de monotone weilanden, stikstof uit de veehouderij en het droogmalen van polders zijn funest voor vogels en vlinders. Weilanden met diverse plantsoorten en natuurlijke plekken voor dieren om nesten te bouwen en te schuilen zijn schaars. De vogelstand in het agrarisch landschap is sinds 1960 al met ruwweg tweederde afgenomen. Weidevogels als de grutto, de tureluur en de scholekster hebben het erg zwaar. Boerenlandvogels, zoals de veldleeuwerik en patrijs, vinden te weinig voedsel door rijkelijk gebruik van bestrijdingsmiddelen. Vlinders komen op het platteland alleen nog voor in kleine versnipperde randen van weilanden, erven, bermen en op dijken. In open natuurgebieden, zoals heide en duinen, zijn populaties diersoorten sinds 1990 met gemiddeld 50 procent gedaald. Ook hier is de intensieve landbouw een belangrijke oorzaak. Door vermesting en verzuring groeien heidevelden en duinen dicht met grassen en struiken. Vogels en vlinders die afhankelijk zijn van het open landschap verdwijnen. Zo is de heivlinder sinds 1990 sterk achteruitgegaan. Vogelsoorten als de tapuit en wulp nemen af. Ook reptielen verdwijnen in heidevelden en duinen. Hoewel de aandacht voor stadsnatuur toeneemt, profiteren broedvogels en dagvlinders daar nog niet van. Die populaties zijn de afgelopen twintig jaar met gemiddeld 30 procent afgenomen. De huismus en de spreeuw doen het slecht. Amfibieën deden het jarenlang erg goed, maar nemen sinds 2008 af. Dit komt voornamelijk door de vuursalamander die vrijwel uit Nederland is verdwenen.

Lingener Imker verzeichnen dramatischen Insekten-Rückgang

Der Imkerverein Lingen hat bei seiner Generalversammlung verdiente Imker ausgezeichnet. Darüber hinaus zeigten sich die Imker besorgt über die Auswirkungen der Veränderungen der Landschaft auf die Imkerei. Den Beobachtungen der Imker zufolge nimmt seit den 1950er Jahren die Zahl der Hummeln, Wildbienen und Schmetterlinge dramatisch ab. Das zeige, dass unsere Landschaft sich dramatisch verändert habe, heißt es in einer Pressemitteilung der Imker. Es gebe nicht mehr grün blühende Wiesen, Ackerflächen mit Wildblumen umrankt, Kornblumen, Kleearten und Wildkräuter, Wald und Moore. Alles sei hauptsächlich in Agrarlandschaft umgewandelt. Viele nützliche Insekten ernähren sich nach Angaben der Imker heute von ganz anderen Pflanzen als noch vor 50 Jahren. Denn die Blüten, die sie eigentlich bevorzugen, gebe es heute gar nicht mehr. Der Einsatz von Insektiziden im deutschen Rapsanbau hat sich den Lingenern zufolge vervierfacht. Dennoch hätten es die Imker erreicht, das die Bienen auch weiter in unserer Landschaft bestäubend tätig sind. Dieses Wissen müsse an die jungen Imker weiter gereicht werden, hieß es.

Staatssecretaris Martijn van Dam (economische zaken) dreigt met een verbod op het 'bijengif' imidacloprid in de glastuinbouw

In een brief aan de Tweede Kamer schrijft hij dat de risico's van het insecticide zo groot zijn voor het milieu dat ingrijpende maatregelen nodig zijn. Hij geeft telers nog tot maart om de normoverschrijdingen van imidacloprid in sloten en vaarten terug te dringen. Het bestrijdingsmiddel van fabrikant Bayer zorgt volgens wetenschappelijke studies voor sterfte onder veel meer insecten dan waarvoor het is bedoeld. Bijen, maar ook vlinders, hommels en zweefvliegen hebben te lijden van het bestrijdingsmiddel, dat makkelijk oplost in oppervlaktewater. Volgens een Nijmeegse studie leidt het gebruik van imidacloprid ook tot sterfte onder insecten-etende weidevogels. Uit een analyse van het Centrum voor milieuwetenschappen van de Universiteit Leiden (bijlage) blijkt dat ondanks de verplichte zuivering van afvalwater in kassenregio's de hoeveelheden imidacloprid in oppervlaktewater niet zijn gedaald. Nog altijd komen grote overschrijdingen voor. Toezichthouder Ctgb vindt het nog te vroeg voor ingrijpen. Van Dam wil maximaal drie maanden wachten. Als uit aanvullende metingen blijkt dat de normoverschrijdingen in maart niet zijn teruggedrongen, wil hij dat het Ctgb grenzen stelt aan het gebruik van het middel. "Als het Ctgb niet kan ingrijpen, zal ik een verbod op imidacloprid in de glastuinbouw instellen." Vorig jaar kondigde ook Van Dams voorgangster Dijksma een verbod aan. Van Dam werkt al aan een Algemene maatregel van bestuur voor een verbod op imidacloprid.

Pesticide may be reason butterfly numbers are falling in UK, says study

Neonicotinoids may be contributing towards the disappearance of butterflies from the countryside, according to the first scientific study to examine the effect of the controversial agricultural pesticides on British butterflies. Researchers found that 15 of 17 species which commonly live on farmland – including the small tortoiseshell, small skipper and wall butterfly – show declines associated with increasing neonic use. Using population data from 1985 to 2012 gathered on more than 1,000 sites across the country, scientists at the universities of Stirling and Sussex, in partnership with Butterfly Conservation and the Centre for Ecology and Hydrology, found that neonicotinoid use better explained steep population declines than other factors. Neonics were first introduced in 1994 and usage increased at its fastest rate during the first decade of the 21st century, when farmland butterflies also experienced a precipitous decline, despite a doubling in conservation spending and predictions that climate change would benefit most species. The Essex skipper declined by 67% between 2000 and 2009 and the small skipper declined by 62% in the same period. Both species’ caterpillars live on grasses found on field margins. Other common farmland butterflies to have suffered steep declines include the small tortoiseshell (64%), the wall brown (37%) and the large skipper (35%). According to the study, published in the journal PeerJ, these declines have largely occurred in England, where neonic usage is at its highest; in Scotland, where spraying of the pesticide is comparatively low, butterfly numbers are stable.

Claudia Külling en Henk Tennekes ontvouwen in Wageningen het Deltaplan Agro-Ecologie om een einde te maken aan de allesverwoestende industriële landbouw

Hoe zien we gewassen? Als biomechanische machines ('dom en lui') waar we weinig aan hebben zonder bemesting en andere industriële technieken? Of als ecosysteem organismen ('slim en actief') die precies weten wat ze doen zolang de omstandigheden maar gezond zijn? De ene benadering richt zich op fysisch-chemische materiaalstromen en onderzoekt een zo efficiënt mogelijk gebruik van grond- en hulpstoffen. De andere gaat uit van kringlopen van levend materiaal, die onlosmakelijk verbonden zijn met de natuurlijke leefomgeving en de bodem als basis. Wat zijn de gevolgen van deze vaak tegengestelde benaderingen voor onze landbouw, voeding en gezondheid? Op 4 december 2015 vond bij het NIOO in Wageningen een symposium plaats, georganiseerd door Down2Earth, dat dieper inging op deze vragen en dat een uitwisseling aanmoedigde tussen de twee benaderingen. Op het symposium waren een aantal prominente sprekers te horen, onder wie hoogleraar Duurzaamheid en Maatschappelijke Verandering aan de UU Herman Wijffels. NIOO-directeur Louise Vet was dagvoorzitter. Claudia Külling en Henk Tennekes ontvouwden een Deltaplan Agro-Ecologie om een einde te maken de industriële landbouw die na de Tweede Wereldoorlog overbemesting, bodemdegradatie, milieuverontreiniging met bestrijdingsmiddelen, een ontstellend verlies van biodiversiteit, en een explosieve toename van neurologische afwijkingen bij jonge kinderen in Nederland heeft veroorzaakt.

Zeldzame Overijsselse vlinders in natuurgebieden in gevaar

Het voortbestaan van verschillende vlinders in natuurgebieden in Overijssel staat op het spel. Dat zegt de Vlinderstichting. Het gaat om zogeheten Natura-2000-gebieden; natuurgebieden met zeldzame diersoorten. Dat komt vooral door te veel stikstof, maar volgens het Wereld Natuur Fonds (WNF) zullen de plannen om dat terug te dringen niet veel helpen. In 2032 moet het Programma Aanpak Stikstof afgerond zijn, maar het WNF voorspelt dat "een forse extra inzet nodig zal zijn om de voor de natuur vereiste daling van stikstofdepositie te halen". Stikstof is belangrijk voor de bevruchting van landbouwgrond en wordt dan ook vooral door de landbouw uitgestoten. Door te veel stikstof in de lucht gaan grassen veel harder groeien en verdringen ze planten waar vlinders als het Heideblauwtje, de Heivlinder en Bruine Vuurvlinder afhankelijk van zijn. "Kale en dus warmere plekken raken helemaal overgroeid", vertelt Kars Veling van de Vlinderstichting. "Veel vlinders hebben juist meer open stukken nodig om zich goed te kunnen voortplanten."
Ook vogels zijn in gevaar. Volgens voorlichter van Sovon Vogelonderzoek gaat het in Overijssel om de Korhoen, Nachtzwaluw en Boomleeuwerik. Natura 2000-gebieden zijn natuurgebieden waar zeldzame diersoorten voorkomen. Overijssel heeft 24 Natura-2000-gebieden die beschermd worden om verdere achteruitgang te voorkomen.

The relationship between the decline of common and widespread British butterflies and the increasing use of neonicotinoid pesticides on arable crops

There has been widespread concern that neonicotinoid pesticides may be adversely impacting wild and managed bees for some years, but recently attention has shifted to examining broader effects they may be having on biodiversity. For example in the Netherlands, declines in insectivorous birds are positively associated with levels of neonicotinoid pollution in surface water. In England, the total abundance of widespread butterfly species declined by 58% on farmed land between 2000 and 2009 despite both a doubling in conservation spending in the UK, and predictions that climate change should benefit most species. Here we build models of the UK population indices from 1985 to 2012 for 17 widespread butterfly species that commonly occur at farmland sites. Of the factors we tested, three correlated significantly with butterfly populations. Summer temperature and the index for a species the previous year are both positively associated with butterfly indices.

Het Nederlandse cultuurlandschap wordt al sinds 2004 bezoedeld met insectenkiller imidacloprid

Een inventarisatie van meer dan vijfvoudige normoverschrijdingen van het neonicotinoïde insecticide imidacloprid in het oppervlaktewater in 2014 bevestigt het treurige beeld van bezoedeling van het Nederlandse cultuurlandschap met een voor insecten uitzonderlijk giftige stof dat al sinds 2004 heeft plaats gevonden en een bepalende rol speelt bij de verhoogde bijenvolksterfte. De imidacloprid concentraties in het oppervlaktewater correleren eveneens met achteruitgang van insectivore vogelsoorten, die zich door insectenschaarste niet kunnen voortplanten. Een waterschap is een overheidsorganisatie, net zoals de Rijksoverheid, de provincies en de gemeenten, belast met watersysteembeheer (dit gaat over de kwantiteit, kering en waterkwaliteit) en zuiveringsbeheer (zuivering van afvalwater). Er is bijna geen waterschap in Nederland dat niet met imidacloprid verontreiniging te kampen heeft, maar er wordt nog steeds niet ingegrepen. Navolgend het aantal locaties met meer dan vijfvoudige normoverschrijdingen per waterschap. Wetterskip Fryslan: 2; Waterschap Hunze en Aa's: 2; Waterschap Vechtstromen: 1; Waterschap Zuiderzeeland: 1; Waterschap Rivierenland: 4; Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden: 3; Waterschap Brabantse Delta:3; Waterschap Roer en Overmaas: 2; Waterschap De Dommel: 1; Waterschap Scheldestromen: 4; Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier: 5; Hoogheemraadschap Amstel Gooi en Vecht: 1; Hoogheemraadschap van Delfland: > 5; Hoogheemraadschap van Rijnland: > 5. De situatie in de provincie Zuid-Holland is ronduit dramatisch.

Tut der Freistaat Bayern nichts für den Schutz von Fischotter, Wendehals und Vergissmeinnicht, werden sie verschwinden

Kröte, Natter, Käfer – besonders attraktiv wirken diese Tiere auf viele Menschen nicht. Aber nach Ansicht von Naturschützern sollten diese Arten im Freistaat besonders geschützt werden. Das gilt laut Experten des Landesbundes für Vogelschutz (LBV) vor allem für das Bodensee-Vergissmeinnicht, das weltweit nur noch an Boden- und Starnberger See vorkommt. Die Fachleute fordern: Für diese Arten müsse sich Bayern besonders einsetzen.